Lamborghini Islero en Espada vieren dit jaar hun 50e verjaardag, het Italiaanse automerk vond deze mijlpaal een goede reden om twee exemplaren van deze klassieke bolides helemaal te restaureren en ze concours waardig te maken en daar zijn ze naar onze mening zeker in geslaagd.
Over Lamborghini
Het ontstaan van de Lamborghini supercars is een opmerkelijk verhaal. Ferruccio Lamborghini was een zeer succesvolle fabrikant van tractoren en kon met dat opgebouwde fortuin zich aardig wat sportwagens permitteren, waaronder een Ferrari. Deze moest in het eerste jaar vier keer terug naar de fabriek wegens allerlei gebreken. Toen hij Enzo Ferrari hier op aansprak, ze woonden niet ver van elkaar, reageerde Ferrari, ‘Hou jij je maar met tractoren bezig en laat het bouwen van sportwagens maar over aan mensen die daar verstand van hebben.’
Dat werkte bij Lamborghini als een rode lap op een ‘stier’ en hij besloot zelf een sportwagen te bouwen en we weten nu dat hij dat niet onverdienstelijk heeft gedaan. Hij bouwde zijn eerste sportwagen in drie maanden tijd, zodat hij op de jaarlijkse autosalon van Genève van 1963 een prototype van een nieuwe supersportwagen kon showen, de Lamborghini 350 GTV, uiteraard gesierd met een radiatorembleem van een aanvallende stier, het logo van zijn tractoren.
De Islero
De Islero was Lamborghini’s visie op een sportieve GT-auto. Het vermogen kwam van een 3.9-liter V12-motor die in de Islero S-versie 350 pk leverde. Er werden iets meer dan 250 exemplaren gebouwd voordat hij in 1970 werd vervangen door de Jarama. Vandaar dat de Islero een van de zeldzaamste Lamborghini’s is.
De Espada
Net zoals de Islero was de Espada een GT met een V12 onder de kap, maar deze was ontworpen om een gezin van vier personen te vervoeren in comfort en stijl. In tegenstelling tot de Islero werd de Espada tien jaar lang geproduceerd, met meer dan 1200 auto’s die de fabriek uitrolden.
Door de redactie, foto credits Lamborghini